Noem mij
gerust een nostalgicus, maar de aangekondigde sluiting van weeral een
militaire
installatie in de regio stemt mij wat weemoedig.
Generaties jongeren
hebben een
tijdelijk verblijf gekend in de gebouwen van de Kazerne Kapitein
Stevens te
Zedelgem. Eind 2007 sluit de Koninklijke School voor Onderofficieren nr
2
definitief de deuren van haar West-Vlaamse verblijf, en verhuist naar
Safraanberg.
Over de nieuwe bestemming van het complex zijn enkel geruchten en wilde
speculaties beschikbaar.
Wat wel vaststaat, is het feit dat hier een
stukje
plaatselijke erfgoed verdwijnt. Dan wil ik het nog niet hebben over de
tanende
aanwezigheid van militairen in het dagdagelijkse straatbeeld. Als je
Belgische
troepen wilt zien moet je naar het buitenlandse nieuws op de televisie
kijken.
Hier maken ze geen deel meer uit van het gewone leven.
Bevoorrecht met een reservistenstatuut krijg ik
toch nog de gelegenheid om voeling te houden met dit unieke milieu.
Uit
de
manier waarop dit geformuleerd is kun je opmaken dat het voor mij
onaanvaardbaar blijft een engagement bij defensie af te doen als
“een job als
een ander”. Een stuk individualiteit inruilen voor de eenheid
van het uniform,
aansluiten bij historische tradities, bereid zijn tot inzet voor het
belang van
de gemeenschap, hiervoor risico aanvaarden voor eigen gezondheid en
leven, …
dat lijkt toch niet op een doordeweekse job?
Een van de traditionele taken van de
kringvoorzitter bestaat erin om jaarlijks aanwezig te zijn op de
doopplechtigheid van de nieuwe leerlingen aan 2KSOO, en eveneens een
steentje
bij te dragen aan de afscheidsplechtigheid van de promotie die de
school
verlaat. Sinds heel wat jaren (van vóór mijn
mandaat) geeft de Kring, samen met
de het Nationaal Bestuur van KNUROO een prijs aan een verdienstelijke
student.
Bij de laatste afscheidsplechtigheid in Zedelgem op 27 juli 2006,
mochten wij
de prijs voor de Laureaat Aanvullingsonderofficieren Sociale Promotie
overhandigen
aan Sgt KGOO Jurgen Van Hoecke (geen familie!).
De
militaire parade (opstelling, defilé, vlaggegroet, dril) die
hiermee gepaard
gaat is zo karakteristiek voor deze gemeenschap.
Defensie is nu eenmaal
een
zeer specifieke tak binnen de menselijke samenleving. Waar je ook ter
wereld
geconfronteerd wordt met militair ritueel, zal het altijd mogelijk zijn
het als
dusdanig te herkennen. Militairen hebben blijkbaar een aantal
universele
kenmerken. Verder ken ik ook weinig “jobs” die
zoveel nadruk leggen op de
onderlinge verbondenheid, door gebruik te maken van traditie, ritueel
en
symboliek.
In het gecultiveerde egocentrisme van onze huidige
samenleving zou
wat meer dergelijk militair vertoon niet misstaan. Het selecte
gezelschap dat tot
op heden hiervan getuige kon zijn bij 2KSOO zal het binnenkort moeten
doen
zonder deze opsteker.
Tijdens de uitgebreide receptie die de
plechtigheid afrondt, is de teneur van de gesprekken voorspelbaar. Voor
de
genodigden wordt het wellicht de laatste keer dat we elkaar in deze
setting
ontmoeten. De babbel met de militairen gaat vooral over de
carrièreplannen voor
de nabije en verre toekomst. Niettegenstaande het overvloedige aanbod
op deze
feestelijke ontvangst voelt het voor mij toch sterk aan als een
ziekenbezoek.
We houden het rustig (gelaten), zoeken naar bemoedigende woorden, en
houden de
emotionele lading op afstand. Veranderingen brengen altijd stress met
zich mee,
maar uiteindelijk komt het voor iedereen wel goed. Alleen het afscheid
nemen is
lastig.
Het
embleem van de school draagt het motto: “Geve di
al”; en dat is beslist wat
deze eenheid heeft gedaan. We hebben er ons steeds welkom gevoeld, en
kunnen
rekenen op bereidwillige steun voor onze vragen en verzoeken. Het
opdoeken van
deze aanwezigheid sluit voor velen onder ons een hoofdstukje militaire
geschiedenis af. Maar dit is ondertussen meer trend dan uitzondering
geworden.
Hopelijk brengt dit bijzondere afscheid wat geluk voor de nieuw
gepromoveerden,
en gaat kersverse Sergeant Jurgen Van Hoecke een voorspoedige
carrière
tegemoet. Succes man!